De werfinstallatie in vraag en antwoord
Welke aandachtspunten moet u checken bij de installatie van een werfkast
Hoe wordt de werfkast gevoed?
De werfkast kan op verschillende manieren gevoed worden: via een stroomaggregaat (stroomgroep), via een laagspanningsteller van de distributienetbeheerder, via een werfhoogspanningscabine, via de elektrische installatie van een aanpalend gebouw en dergelijke meer.
Hoe zit het met de spanning wanneer ik de installatie wil laten voeden via een teller?
U zal zich moeten bevragen bij de distributienetbeheerder. De aansluiting kan, afhankelijk van de aanwezige spanning in de straat, uitgevoerd worden in 400V + N, 3 x 230V of monofasig 230V. U dient goed te weten welke spanning de door u gebruikte toestellen nodig hebben.
De distributienetbeheerder zal u ook informeren over de plaats van de tellerkast en de kabel die u dient te voorzien voor de aansluiting van de tellerkast.
Waaraan moet de eigenlijke werfkast dan voldoen?
Indien u de werfkast buiten opstelt, dient ze vanzelfsprekend waterdicht te zijn. U opteert dan best voor een werfkast met karakteristiek IP X4.
De kast moet zo opgesteld worden dat ze niet gemakkelijk kan omvallen.
Wanneer de kast toegankelijk is voor het publiek dient u ze af te sluiten met een veiligheidsslot. U wil immers zeker vermijden dat kinderen in de kast kunnen.
Wat zijn de meest voorkomende problemen met werfkasten?
De werfkasten worden vaak verplaatst en krijgen het daardoor zwaar te verduren. De meeste problemen hebben dan ook te maken met de staat van de kast: afgebroken aardingspennen in de stopcontacten, loshangende stopcontacten, opening in de kast,…
Vanzelfsprekend dienen de juiste automaten gekozen te worden in functie van de sectie van de geleiders, men dient de geschikte differentieelschakelaar te kiezen,… In de praktijk zijn hier relatief weinig problemen mee.
En wat met de verspreidingsweerstand van de aarding als ik een teller gebruik?
De verspreidingsweerstand dient onder de 30 Ohm te blijven indien u niet beschikt over personeel met BA4-5 kwalificatie. Anders kan er, in functie van de differentieelschakelaar die u geplaatst hebt, een hogere waarde zijn. Om deze weerstand te meten hebt u een speciale aardingsmeter nodig.
Moet er ook een schema zijn?
Ja, er dient een ééndraadsschema van het bord te worden opgemaakt.
Tips
Let er ook op dat als u kabels direct invoert in de kast, u telkens maar één kabel per wartel gebruikt.
U dient zeker voor bescherming te zorgen op de plaatsen waar er gevaar is voor beschadiging door bijvoorbeeld voertuigen.
En vergeet vanzelfsprekend niet de aarding aan te sluiten.
