Aantal leerlingen bouwonderwijs gestegen

In het schooljaar 2023-2024 zaten 7.312 leerlingen in de derde graad van het bouwonderwijs (bron: Constructiv). Ofwel 5 procent meer dan het schooljaar daarvoor, dat ook al meer leerlingen telde dan het jaar voordien. Het totale aantal leerlingen in de derde graad zit opnieuw op het niveau van 5 jaar geleden. “Goed nieuws voor onze sector en we hopen dat deze trend zich voortzet. Want het onderwijs is en blijft een belangrijk en noodzakelijk instroomkanaal”, juicht Bouwunie-topman Jean-Pierre Waeytens de cijfers toe. Ook positief is dat de bouwopleidingen iets meer meisjes telt in vergelijking met 5 jaar geleden (+1,2%), al blijft hun totale aandeel natuurlijk klein (4,9%). Bouwunie ziet verschillende verklaringen voor de stijging. “De sector werkt hard aan zijn aantrekkelijkheid. Zo zitten we in het derde jaar van de imagocampagne De Bouw Kijkt Verder, een initiatief van het sectorfonds en alle sociale partners. De campagne richt zich onder andere op jongeren, en toont wat de onze sector te bieden heeft: een aantrekkelijk loon en tal van voordelen, nieuwe evoluties en technologieën, doorgroeimogelijkheden en werkzekerheid. Daarnaast organiseert de sector tal van concrete acties op scholen om de werkvloer en het onderwijs dichter bij elkaar te brengen. En om de sector in een positief daglicht te zetten. Onze eigen wedstrijd De Bouwschoolaward is hier een mooi voorbeeld van. Al deze niet aflatende inspanningen lijken nu stilaan hun vruchten af te werpen”, aldus Waeytens. Bouwunie uit bij de start van het nieuwe schooljaar wel een aantal bezorgdheden, onder andere over het voortbestaan van het 7e jaar, het duaal leren en het opleidingsaanbod tussen de scholen onderling.

De meeste leerlingen zitten logischerwijs in de arbeidsmarktfinaliteit (vroegere BSO): 64 % van het totaal. 21 % volgt een opleiding in de dubbele finaliteit (vroegere TSO). 10 % volgt een bouwopleiding in het bijzonder secundair onderwijs. 5% zit in een duaal leerstelsel. Het leerlingenaantal in het voltijds onderwijs stijgt met 3,9 %. Dat in het duaal onderwijs (in derdegraadsopleidingen) neemt toe met 37 %. Dus hoewel het duaal leren sterk stijgt, blijft het in relatieve aantallen klein.

Vrees voor verdwijnen 7e jaar
Door de modernisering van het onderwijs krijgen leerlingen uit het vroegere BSO (huidige arbeidsmarktfinaliteit) nu al na de derde graad hun diploma. “Waardoor we het risico lopen dat het 7e jaar als overbodig beschouwd wordt. Veel jongeren zullen na hun zesde jaar meteen naar de arbeidsmarkt trekken in plaats van nog een specialisatiejaar te volgen”, aldus Waeytens. Met grote gevolgen voor een aantal nicheopleidingen die leiden naar knelpuntberoepen, zoals dakwerker en schilder-decorateur. Deze opleidingen dakwerken kan je nu enkel in een 7e jaar volgen. “We zijn er ons bewust van dat scholen geen ‘afgewerkt product’ kunnen afleveren, maar op die manier gaat wel heel wat basiskennis verloren. Het komt er op aan om scholen te motiveren om die 7e specialisatiejaren toch te blijven aanbieden én om leerlingen te overtuigen ze te volgen”, zegt Waeytens.

100% duaal leren voor wie kan
Bouwunie vindt dat het duaal leren een veel prominentere plaats in het bouwonderwijs moet krijgen. Waeytens: “Leerlingen die voldoende matuur en arbeidsmarktrijp zijn, zouden enkel maar een duaal leertraject in de bouw mogen volgen en dus geen voltijds leertraject met stage”.
Jongeren uit een duaal traject zijn gegeerd bij werkgevers, net omdat ze met een pak meer werkervaring op de arbeidsmarkt komen. Scholen moeten daarnaast niet langer investeren in de meest actuele infrastructuur, waardoor ze hun middelen elders kunnen inzetten. En de bouwopleidingen krijgen volgens Bouwunie op die manier een opwaardering waardoor meer jongeren voor een bouwopleiding zullen kiezen.

Concentratie van opleidingen
Bouwunie betreurt ten slotte dat de scholen nog geen werk maakten van het concentreren van bouwopleidingen per provincie of regio. De bouwopleidingen zijn nu te fel versnipperd en bovendien kan je in een straal van slechts enkele kilometers op verschillende scholen dezelfde opleiding volgen. Volgens Bouwunie worden de middelen die de sector aan de scholen ter beschikking stelt op die manier onvoldoende efficiënt ingezet. Zo'n concentratieoefening is volgens Bouwunie nochtans noodzakelijk om het bouwonderwijs aantrekkelijker te maken.