Bouwsector niet happig op koopkrachtpremie

Bouwwerkgevers staan niet te springen voor de koopkrachtpremie, zo blijkt uit een bevraging van Bouwunie. “De koopkrachtpremie moet een uitzonderlijke premie zijn. Niet zoals de coronapremie van weleer waar het net uitzonderlijk was wanneer je die niet kreeg”, verduidelijkt Bouwunie-topman Jean-Pierre Waeytens. “In de bouw bestaat een driemaandelijkse loonindex. In een jaar met stijgende bouwmateriaal- en energieprijzen, kwam daar dus elke drie maanden een loonsverhoging bij. Zonder dat de werknemers hiervoor harder moesten werken. Een extra premie is van het goede teveel. Trouwens, geldt het omgekeerde dan ook? Zullen werknemers hun werkgevers dan ook een ik-help-je-bij-je-verliespremie betalen als hun werkgever verlies lijdt? Onze werkgevers gunnen hun werknemers heus een deftig loon en vele extra’s, maar het stopt ergens." In dezelfde bevraging peilde Bouwunie nog naar hoe de definitie van 'hoge of uitzonderlijk hoge winst' er zou moeten uitzien. Ook daarin zijn de bouwwerkgevers duidelijk. "En idealiter staat de definitie meteen in de wet, om te vermijden dat de vakbonden 'hoge winst' simpelweg reduceren tot 'winst'", aldus Waeytens.

Bouwunie bevroeg haar leden-werkgevers over de koopkrachtpremie in aanloop naar de sectorale onderhandelingen en als gevolg van het gevraagde advies door de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO (HRZKMO). De koopkrachtpremie, een maatregel uit het loonakkoord, geeft werkgevers, wanneer die in 2022 een ‘hoge winst’ boekten, de mogelijkheid hun werknemers een premie van maximaal 500 euro toe te kennen. Bij ‘uitzonderlijk hoge winsten’ bedraagt de premie maximaal 750 euro.

Definitie 'hoge winst' volgens de bouwbedrijven
‘Hoge winst’ is er volgens 6 op 10 bouwbedrijven wanneer de winst in 2022 ten minste drie keer zo hoog is als de gemiddelde jaarwinst in de periode 2017 tot en met 2021 (de jaren zonder winst of met verlies niet meegerekend).

‘Uitzonderlijk hoge winst’ geldt volgens evenveel bouwbedrijven wanneer de winst in 2022 minstens 6 keer zo hoog is als de gemiddelde jaarwinst in de periode 2017-2021 (de jaren zonder winst of met verlies niet meegerekend). Komt de premie er toch, wat de bouwwerkgevers liever niet willen, dan willen ruim 6 op 10 bouwbedrijven die uitbetalen via de loonbrief. Niet via een cheque (Sodexo/Monizze of Edenred). Daar is totaal geen animo voor.

Definitie meteen in de wet
De helft van de bouwbedrijven wil dat de wetgever de definities meteen opneemt in de wet in plaats van over te laten aan de sector of aan de bedrijven zelf. Een derde wil dat het bedrijf de definitie zelf kan vastleggen. Slechts 1 op 10 is voor het idee gewonnen om de sociale partners te laten beslissen “om te vermijden dat de vakbonden ‘hoge winsten’ tijdens de onderhandelingen reduceren tot simpelweg ‘winst’. Waarmee we in dezelfde situatie zouden terechtkomen als met de coronapremie”, besluit Waeytens.